De zon schijnt. Overvloedig. Na veel grauwe dagen. Gisterenavond moest ik in Gouda, in de Goudse Schouwburg zonder Nel, maar met een minstens zo enthousiaste dame die ons welkom heette en verder begeleidde, zeggen : “de zon scheen”, en nu, nu de zon “echt” schijnt, dringt pas goed tot mij door dat je met het woord “schijnen” meer kanten opkan: een vaststelling als een open deur, maar is het schijnsel van de zon maar schijn? Ja, op het toneel uitgesproken wel, ook en zelfs in de verleden tijd. Op een schilderij van van Gogh is het ook schijn, hoe fel hij ook schijnt. Voor altijd vastgelegde schijn, te controleren schijn. Maar op het toneel uitgesproken is het schijnsel al benoemd voordat het tot de luisteraar doordringt, hooguit na te lezen in de tekst, maar verder verdwenen in het heelal.
“De zon scheen”. Het is meer dan een mooie startzin voor een uiteindelijk triest verhaaltje, want na een paar zinnen begint het in het verhaal dan ook te regenen, “werden we overvallen door de regen”, en even verderop “verbrak ze zonder aankondiging de verloving”. Bleek het dus maar schijn dat de zon scheen. Want de schrijver laat de zon gisteren schijnen, maar in het verhaaltje dat hij vertelt laat hij het wel of niet schijnen van de zon in het midden, laat hij de personen wel overvallen door de regen, scheen de zon daarvoor dan ook? Iedere avond wanneer ik die tekst zeg laat ik in mijn hoofd die zon volop schijnen tot “we worden overvallen door de regen”, ik zie soms zelfs een stukje regenboog wanneer we vanuit de schuilplaats naar de regen kijken. Schijn, in woorden vastgelegde schijn.
“I am dying, Egypt, dying.” Shakesperiaanse schijn: Antonius die Cleopatra vereenzelvigt met haar ondergaande rijk. Toen ik als zeventienjarige jongen Michael Redgrave die woorden hoorde uitspreken bij een gastvoorstelling van het Shakespeare Memorial Theatre in Amsterdam ( toegangsprijs 17 gulden, een vijfde deel van mijn maandsalaris) brak bij mij voor het eerst het besef van de macht van woorden op het toneel uitgesproken tot me door, en ook door de klank van de stem die de schijn van het toneel in werkelijkheid om kon zetten. Ik hoor het hem nog zeggen. Thank you Mr Redgrave, U bent nog steeds mijn leermeester. Egypte en de zon.
PS. Was een mooie avond gisteren in Gouda, omdat het zo voorspelbaar wordt dat iedere voorstelling intenser gaat dan de vorige heb ik mezelf afgeleid door het raadsel van de zon en het schijnsel erbij te betrekken. Nu we op de helft van onze serie zijn aangeland en er in mijn hoofd wat ruimte beschikbaar komt om ook een beetje van het spelen te genieten, wordt er steeds meer creativiteit binnen gelaten, vooral omdat ik aan mijn tegenspeelster Elsie de Brauw anderhalf uur kan zien hoe zij er mee omgaat, met haar creativiteit, hoe zij iedere avond een vracht aan nieuwe mogelijkheden kan binnenlaten.
Met dank aan Elsie en de zon.